Schrooten, nen dondersen droadnaegel. Dat is de naam van een Twentse bewerking van het welbekende kerstverhaal “A Christmas Carol”, van de Britse auteur Charles Dickens. Met in de hoofdrol: Helligen Hendrik.
Hendrik speelt in deze productie een hardvochtige boer, die alles en iedereen om zich heen schoffeert. Vooral zijn trouwe knecht Gerrit moet het ontgelden. Aan de vooravond van kerstmis laat Hendrik duidelijk weten dat hij niets om de feestdagen geeft. “Almoal flauwekul!”. Hij haat de typische kerstsfeer en het karakteristieke geluid van de midwinterhoorn. En hij gaat zeker niet in op een invitatie van zijn neef Fred om te komen dineren.
Witte wieve
Op kerstavond zit Hendrik moederziel alleen in zijn donkere boerderij, op het Twentse platteland, als ineens de geest van zijn overleden broer Herman zich aandient. Herman waarschuwt Hendrik voor de gevolgen van zijn grimmige gedrag en kondigt de komst van drie “Witte Wieve” aan. Wat volgt is een reis door verleden, heden en toekomst. Wordt Hendrik inderdaad een ander mens en omarmt hij kerstmis? Of blijft hij dat onuitstaanbare, verbitterde personage?
“Schrooten, nen dondersen droadnagel” wordt door een viertal acteurs vertolkt op het podium. Daarnaast wordt het verhaal gedeeltelijk in filmbeelden weergegeven. Bijzonder zijn ook de geprojecteerde zwart-wit decors, die het geheel een treffende ambiance geven. Het verhaal wordt omlijst met sfeervolle muziek.
Naast Bert Eeftink staan acteurs Jan Riesewijk, Bram Agterbos, Myrna Konings, Jos Brummelhuis en Wilfried Poorthuisop het toneel in de Twentse Scrooge.
